Dit kookboek kwam ik toevallig tegen in de bieb. Ik leende het, probeerde één recept, twee recepten, meer recepten. Allemaal zeer geslaagd. Dit boek moest ik zelf hebben!
Op de cover staat “60 vegetarische Indiase gerechten”. Alleen zijn alle recepten Bengaals. Uit Bangladesh dus. Des te beter, want Indiase recepten heb ik dankzij de kookboeken van Madhur Jaffrey al best veel.
Het eerste recept dat ik maakte was Beguner Dopiaz, een curry met aubergine. Gobi aloo vadji volgde. Een gerecht met aardappel, bloemkool en andere groenten en eetlepels vol met kruiden. Verder Paneer karai en een groentekorma met een achterlijk lange lijst ingrediënten, maar zó lekker!
Wat is er anders aan Bengaalse curry’s
Opvallend vond ik het gebruik van paprikapoeder, laurierblad en grove mosterd in veel recepten. Dat was ik in de Indiase keuken nog niet tegengekomen. Geroosterd en gemalen korianderzaad, komijnzaad en gemalen kurkuma was wel herkenbaar.
Mosterdolie is een ingrediënt dat ook veel voorkomt. Na lang zoeken vond ik eindelijk een flesje bij Toko Tajmahal in de Bloemerstraat in Nijmegen. Bleek het voor extern gebruik te zijn! Als massage-olie ofzo.
De meeste recepten begonnen hetzelfde: fruit ui en knoflook. Voeg de verschillende specerijen, gemberpasta en mosterd toe en bak lekker door. Tegen het aanbranden mik je er af en toe wat water bij zodat er een soort rouxtje ontstaat. Vervolgens gaat er meer water bij plus de groenten, even koken en klaar.
Plussen en minnen
In veel recepten moet gemberpasta en knoflookpasta worden toegevoegd. De recepten hiervoor staan ook in het boek: gewoon gember of knof in de foodprocessor met olie fijnprutten. Dat is dan tot 3 weken in de koelkast houdbaar. Dat vind ik een beetje veel gedoe, ik gebruik net zo lief gewoon de knoflookpers en hak een vers stuk gemberwortel fijn.
Zo is er een ook chili- en korianderpasta met o.a. verse koriander, groene chilipepers, gember en citroen. Ik heb ‘m een keer gemaakt, heerlijk. Maar zo’n groen prutje in de koelkast lang bewaren… Ik ben er niet zo’n fan van.
Verder heeft dit kookboek ook voorgerechten, hapjes en nagerechten. Zoals bijna ieder kookboek het nodig vindt om een ‘compleet’ aanbod voor alle gangen te bieden. Ik doe alleen nauwelijks iets met die recepten. Ik maak niet zo vaak voor- en nagerechten. Dat is dus een beetje zonde, omdat er ‘maar’ 60 recepten instaan.
De voorkant van het boek vind ik een beetje saai. Maar de inhoud is des te smakelijker! De foto’s zijn duidelijk en lijken ook daadwerkelijk op het eindresultaat.
De bereiding is over het algemeen eenvoudig. De ingrediëntenlijsten zijn lang, maar dit zijn vooral specerijen die ik toch wel in mijn kruidenla voorradig heb.
Een aanrader dus, én te leen bij de bieb.
Non-vegetarisch Bengaals recept proberen? Zie deze Bengaalse curry van Wina Born